In de 17e ronde van Schaakvereniging Zierikzee was veel vuurwerk te bewonderen. De vier achtervolgers van Martin Krijger ontmoetten elkaar en deden er alles aan om te winnen, met dramatische tijdnoodgevechten als gevolg. Toen alle rook was opgetrokken bleek Martin Krijger iets uitgelopen te zijn en kwam Kees van den Nieuwendijk weer iets dichter onder de top.
Het C-viertal van Zierikzee werd uiteindelijk een drietal, omdat een speler niet bleek te kunnen. Op bezoek bij Oost-Souburg wist Marnix den Boer knap te winnen. Erik de Vrieze remiseerde terwijl Peter de Vrieze verloor. Dit gevoegd bij de nederlaag voor de niet opgekomen speler betekende een 1,5-2,5 nederlaag voor Zierikzee.
Alle drie de toppartijen werden gespeeld met de Siciliaanse opening, een garantie voor een spannende strijd over het hele bord. Paul Greefhorst speelde de opening niet volgens het boekje maar wist aan veel dreigingen te ontsnappen en gaf Martin Krijger nauwelijks gelegenheid tot initiatief. Tot hij dacht dat hij met een tegenaanval zelf iets kon opzetten. Hij speelde een paard en ging aan de bar iets te drinken halen. Krijger keek en schrok, hij kon met een penning de dame van Greefhorst winnen. Greefhorst kwam terug, keek, en zag het toen ook. Hij feliciteerde Krijger, maar op deze manier winnen is niet leuk.
De achtervolgers zaten nog volop in hun partij en moesten allen zien te winnen om niet verder achterop te raken. Jac Weeland had in de opening een pion geofferd voor een gevaarlijke aanval waarop Kees van den Nieuwendijk alle zeilen moest bijzetten om niet onder de voet gelopen te worden. Hij slaagde erin de stelling dicht te houden en Weeland verbruikte veel tijd om de beste aanval te zoeken. Met nog 3 minuten over tegen Van den Nieuwendijk 20 offerde hij een kwaliteit, en later nog een stuk. De vijandelijke koning stond helemaal ingesloten, en op een bepaald moment had Van den Nieuwendijk slechts 2 seconden over. Wel komen er per zet weer 30 seconden bij. Hij kon steeds wat stuken afruilen en daarmee de aanval afzwakken. Tenslotte was de munitie van Weeland op en verloor hij deze mini-oorlog.
Marnix den Boer speelde de opening ook niet zoals gebruikelijk maar Sjaak Spiegels kon geen manier vinden om hiervan te profiteren. Na een ingewikkelde partij waarin Spiegels meestal het initiatief had slonk beider bedenktijd snel. Op het laatste moesten ze ieder elke halve minuut een zet doen. Beiden durfden het toen niet meer aan grote risico’s te nemen en besloten tegen middernacht het op remise te houden.
Peter de Vrieze nam revanche voor de eerdere nederlaag die hij tegen zijn zoon Erik leed. De jongere De Vrieze deed een verkeerde damezet die hem twee pionnen kostte. Daarna was er geen houden meer aan en gaf hij op.
Waar Frans Jansen met wit een als rustig bekendstaande opening speelt, bedient hij zich met zwart van de uiterst agressieve Zwarte Leeuw. Zwart bekommert zich hierbij niet om een degelijke stelling maar grijpt wit direct bij de keel met een koningsaanval. Hij sloeg een forse bres in de vesting van Marco Vieveen, waarna de strijd om het centrum losbarstte. Het leverde Jansen een paard tegen twee pionnen op. Uiteindelijk resulteerde het in een pionnenrace, wie met een pion het eerst de overkant zou bereiken waarop de pion naar dame promoveert. Vieveen had keurig uitgerekend dat hij het eerst zou promoveren en stelde remise voor, Jansen zou de zet erop promoveren. Jansen had nóg verder gerekend en weigerde het remiseaanbod. Hij promoveerde met schaak, en kon direct daarna de nog frisse dames weer afruilen. En toen had hij nog een pion meer, waarmee nieuwe promotie mogelijk was. Vieveen gaf op.
Na een uitstekende opening beheerste Frans Nijman de c-lijn met twee torens en een lange diagonaal. Tegenstander Fokko Baakman zag dit helemaal verkeerd aflopen zo en besloot dan maar voor een aanval te kiezen. Het leverde hem zowaar twee pionnen op, en het verband raakte uit de stelling bij Nijman. Er bleven enkele zwakke geïsoleerde pionnen over die niet meer goed te verdedigen waren en Nijman gaf op.