Net als vorige week mocht Kim Fierens ook deze keer weer de witte stukken hanteren. Zijn tegenstander was Martin Krijger, al geruime tijd koploper in de interne competitie. Na een onorthodoxe openingskeuze door Fierens (1. Pc3, de zogeheten Van Geet-opening) transponeerde de partij na Krijgers tegenzet 1. … c5 naar een gesloten Siciliaan. Er ontstond een ingewikkelde situatie in het centrum, waarbij beide spelers een gefianchetteerde loper op elkaars centrumpionnen gericht hadden. Krijger dacht een voordelige pionruil te kunnen bewerkstelligen. Maar hij misrekende zich. Uiteindelijk kwam hij na een reeks afruilen een pion achter te staan. Spoedig daarna liet hij zich nog een pion ontfutselen. Toen ten slotte Fierens middels een kleine doch venijnige combinatie ook nog een kwaliteit voorsprong dreigde te behalen, vond Krijger het tijd om de vlag te strijken en Fierens het punt te gunnen.

 

Kees van de Nieuwendijk speelde met wit tegen Sjaak Spiegels. Direct in de opening zat er spanning in de stelling. Van de Nieuwendijk had zijn pionnen in het centrum opgespeeld en Spiegels zette van afstand druk op het centrum. Beide spelers besloten voorlopig niets af te ruilen maar door te gaan met het ontwikkelen van de overige stukken. Hierbij nam van de Nieuwendijk een groot risico. De zwarte loper stond al op de diagonaal toen wit zijn b-pion opspeelde. Van deze verzwakking maakte Spiegels gebruik. Hij startte een combinatie die hem een loper tegen een pion opleverde. De partij was toen nog niet gedaan. Ondanks de materiële achterstand claimde wit veel ruimte met zijn pionnen en zette de zwarte koning vast op de achterste rij. Spiegels wist zich te bevrijden en speelde tenslotte met een loper en twee pionnen meer. Van de Nieuwendijk probeerde nog pat uit de stelling te slepen met een dolle toren, maar dit werd doorzien. Spiegels gaf wat materiaal terug, waardoor de pionnen niet meer te houden waren en zo het punt incasseerde.

 

Na een rustige opening van Eric Bouman begon Ben Snethorst steeds meer druk op de stelling uit te oefenen. Bouman verloor in totaal drie pionnen om meer verlies tegen te gaan, en de spelers kwamen in een eindspel met ongelijke lopers terecht. Vaak is dit een basis voor een remise, maar nu waren de drie pluspionnen van Snethorst veel te sterk. Bouman gaf op.

 

Marnix den Boer forceerde al snel een zwakte in de stelling van Pieter Jan van Strien door hem een dubbelpion te bezorgen. Hij sloeg nog een gevaarlijke aanval op zijn toren af en wist tegen het eindspel een paard te winnen. Van Strien kon daarna een oprukkende pion van Den Boer, op weg naar promotie, niet meer stoppen en gaf op.

 

Jac Weeland kreeg na de Scandinavische opening een sterke aanval waarop Kees Bimmel alleen nog maar kon verdedigen. Weeland had een mooie slotaanval bedacht met al zijn zwatre stukken op de vijandelijke koningsstelling gericht. Plots zag hij een nog mooiere zet en voerde die uit. Te laat zag hij dat hij zijn dame na torenruil kwijt zou raken. Hij zat nog even in de hoop dat Bimmel het niet zou zien, maar vergeeefs. Bimmel sloeg de dame en Weeland gaf op.

 

Frans Jansen zag al snel een terugtrekkende beweging van een loper van Peter de Vrieze over het hoofd. Erop volgde een röntgenaanval op de dame van Jansen. De werking ervan was dodelijk, het zwarte centrum werd opgeblazen en Jansen gaf op.

 

Het C-viertal moest zijn meerdere erkennen in de match tegen Denk en Zet B. Alleen Fokko Baakman wist te winnen, de anderen verloren. Na deze 1-3 nederlaag staat het C-team nog vaster onderaan in de derde klasse van Zeeland.