Paul Greefhorst speelde erg aanvallend tegen Kees Bimmel, maar Kees doorzag door iets verder vooruit te denken dat de aanvalletjes van Paul goed te pareren waren. Paul liet een pionnetje staan voor Kees om te slaan met een plannetje dat weer terug te winnen, maar dat kostte hem een paard. Met een stuk achter en een slechtere stelling is het wachten op de genadeslag en die kwam in zet 23 met een paardvork op de witte toren: Paul gaf op.
In het eindspel hadden Kees vd Nieuwendijk en Eric Bouman beide een loper en een pion. Kees stond echter beter omdat zijn koning dichterbij de pionnen stond. Toen hij op de laatste pion van Eric afging dacht Eric naar de laatste pion van Kees te kunnen lopen. Hierdoor kwam hij achter de pion terecht en kon hij de pion niet meer stoppen. Hij probeerde de pion nog tegen te houden maar omdat de loper beide op zwart stonden kon Kees zijn pion afschermen en de winst opstrijken.
Marnix den Boer veroverde in de opening een pion van Frans Jansen. Later wist Frans de stand gelijk te trekken door een pion terug te veroveren. Dit ging wel ten kosten van het kunnen rokeren. Toen hij ook nog een paard verloor in een penning was de partij voor Marnix gewonnen.
De ellende begon voor Fokko Baakman al vroeg. Op de vierde zet verloor hij een centrumpion aan Erik de Vrieze. Vrij snel won Fokko een pion terug en won er nog een. Hij kreeg de overhand en Erik zag weinig heil in zijn stelling. Na een slagenwisseling stond Erik tot beider verbazing een loper voor. Hij speelde rustig verder en toen de witte koning te gretig naar voren kwam besliste hij de partij.
Peter de Vrieze speelde een rustige partij tegen Sjaak Spiegels. Op de koningsvleugel had Peter een ruimte-overwicht terwijl Sjaak dit op de damevleugel had. Beide speler konden niet breken en zagen geen kans een opening te vinden. Met een remise waren beide tevreden.
Teun Brouwer overzag na de derde zet dat Jac Weeland de dames kon ruilen. Na de ruil kon Teun niet meer rokeren en verloor ook nog een pion. Jac beheerste het centrum en kon de druk goed opvoeren. Met een combinatie won hij nog een toren, waarop zijn tegenstander opgaf.
Na de opening hadden Frans Nijman en Pieter-Jan een symmetrische stelling op het bord. Beide probeerde een aanval op de damevleugel te starten. Pieter-Jan overzag een gemene loper zet die hem een dame of toren zou kosten, hierop gaf hij op.
In de opening liet Marco Vieveen na om met zijn dame een ongedekte h-pion van John van Dalsen te slaan. Later wist hij wel een stuk te winnen, maar kon het juiste winstplan niet vinden en moest in remise berusten.