De partij tussen Martin Krijger met wit en Sjaak Spiegels ging aanvankelijk gelijk op. Toen Spiegels probeerde het initiatief over te nemen onderschatte hij een sterke aanval van Krijger waardoor deze een kwaliteit en een pion won en eigenlijk gewonnen stond. Spiegels slaagde erin met zijn paard en dame nog een aanval op de witte koning op te zetten, waar Krijger niet goed op reageerde. Het paard van Spiegels draaide vervolgens de witte koning dol, en Spiegels besloot de kür van het paard met een mat door de dame.

Pieter Jan van Strien en Marco Vieveen kregen beiden promotiekansen. Vieveen liet echter zijn kostbare pion ongedekt waarop Van Strien deze kon slaan en met de volgende zet zijn eigen opgerukte pion alweer kon verdedigen. In deze hopeloze stelling gaf Vieveen op.

Paul Greefhorst vond met zwart een zeer originele verdediging tegen de Trompowsky van Hans Aangeenbrug. Die reageerde wat te voorzichtig waarna Greefhorst iets beter kwam te staan. Hij werd meteen zo enthousiast dat hij een aanval met zijn pionnen op de damevleugel inzette. Maar, elke opgerukte pion laat onbeschermde zwakke velden achter. Aangeenbrug profiteerde hiervan door een sterk paard en even later een sterke loper in de zwarte stelling neer te zetten. Doordat Greefhorst de beste verdediging niet meer vond verloor hij een toren en daarmee de partij.

In de strijd om de 5e plaats kwam Kees Bimmel (wit) goed uit de opening tegen Marnix den Boer. Den Boer verloor in de opening een tempo waardoor Bimmel het initiatief kon nemen. Bimmel offerde zijn witte loper op e6 om een aanval op de zwarte koning in gang te kunnen zetten. Het offer werd echter niet aangenomen. In plaats daarvan rokkeerde zwart waardoor de aanval tijdelijk kon worden afgeslagen. Inmiddels had wit twee pionnen veroverd.

Bimmel zag in het middelspel een schaakje over het hoofd. Hierdoor ging zijn witte loper verloren maar hij behield het initiatief d.m.v. twee verbonden vrij pionnen. Ten koste van de kwaliteit kon den Boer beide pionnen opruimen. Beide lopers van zwart stonden geblokkeerd en konden niet aan de strijd deelnemen. Ook het zwarte paard had weinig bewegingsvrijheid. Toen den Boer toch met zijn paard speelde kon Bimmel schaak geven en een loper veroveren. Zwart gaf op.