Kedem Gutkind leed zijn eerste nederlaag. Met wit spelend ontwikkelde hij zijn stelling te traag, waarna koploper Aangeenbrug een stevig voordeel op kon bouwen. Aangeenbrug liet niet meer los, en Gutkind gaf op toen zijn stelling niet meer te houden was.
Peter de Vrieze had zich voorgenomen minstens zo goed te spelen als vorige week, en zette een degelijke stelling op. Dacht hij. Bas van de Graaf echter had de dame van De Vrieze overbelast, wat hem aanvankelijk een pion, en uiteindelijk de partij kostte.
Herman Jukkenekke koos voor de agressieve Siciliaanse aanval, en won een pion na een foutje van Kees Bimmel. Nu was die pion nog niet zo erg doorslaggevend, maar ook de stelling van Jukkenekke was beter. Bimmel besloot het tij met geweld te keren, en offerde een paard. Jukkenekke zijn voorhoofd rimpelde, en na lang denken vond hij de goede manier om het kwaad te bezweren. Met uiteindelijk een paard en een pion voordeel sleepte hij de overwinning binnen.
Johan Hoogstrate en Pang Yuen waren er beiden op gebrand na hun verlies van vorige week nu in elk geval niet weer met een nederlaag naar huis te gaan. Na twee uur spelen bood Hoogstrate remise aan, wat Pang, die vond dat hij beter stond, weigerde. Een half uur later bood Pang, toch een beetje in het nauw, zelf remise aan. Hoogstrate, met een pion meer intussen, wilde doorspelen. Toen die pluspion uiteindelijk toch viel, stelde Pang triomfantelijk vast dat hij toch gelijk had. Na lang nadenken gaf Hoogstrate toe, en was voor beiden het vooraf gestelde doel bereikt.
Mark van Rooten had de Russische opening voorbereid. Nu liep het anders dan hij gepland had, en de met wit spelende Fokko Baakman kwam met groot voordeel in het middenspel. Toen begon Van Rooten diep na te denken, en slaagde erin een eindspel te bereiken wat eigenlijk bij goed spel van beide kanten pot-remise was. Baakman vergaloppeerde zich echter, en Van Rooten kon alsnog de winst binnen halen.