Jukkenekke nam geen genoegen met een simpele remise, maar trok van meet af aan ten aanval. Spelend met de witte stukken gunde hij zich geen tijd te rokeren, maar trok direct ten aanval tegen de vijandelijke koning. Aanvankelijk leek het erop, dat de aanval zou verzanden, maar de vele dreigingen waren moeilijk te pareren, en na een ingewikkelde partij moest Brakel de vlag strijken.
Kampioen Bas van de Graaf kwam niet verder dan remise tegen de sterk spelende John van Dalsen. Laatstgenoemde speelde zeer origineel, en Van de Graaf moest nog oppassen, niet alsnog zijn eerste partij te verliezen. Kees Bimmel speelde bewust Martin Krijger in de kaart met de Boedapester opening. Hij speelt deze zelf ook met zwart, en wilde eens weten, hoe dit met wit aanvoelt. Krijger kreeg een klein voordeel, dat hij na lange tijd wist uit te bouwen tot winst. Sjaak Spiegels kwam niet verder dan remise tegen een sterk spelende Peter de Vrieze. Stoffel Stoel besloot de competitie met een goed gevoel. Hij wist Han van der Made, iemand die zelden verliest, te verschalken met een dodelijke centrumaanval. De onderlinge strijd tussen de jeugdspelers werd beslist in het voordeel van Erik Nieuwlands.
De volgende speelavond staat de simultaan van kampioen Bas van de Graaf op het programma. Hij speelt dan met wit tegen de andere spelers, voorwaar een zeer zware opgave.