Ikzelf was het eerst klaar. Tegenstander Sorber wees me op enkele zwakke plekken in mijn stelling, en kwam goed te staan. Iets te optimistisch liet hij zijn c-pion ook nog aanvallen, maar liet daarmee veld b5 onbeheerd. Dit verzwakte zowat heel zijn stelling, en zijn dame kwam buitenspel te staan. Na nog een foutje kon hij opgeven.
Hans Aangeenbrug en Peter vd Borgt, die elkaar al heel goed kennen, speelden een Pirc-variant, waarin Hans met zwart een pion offerde. Peter's dame leek hierna de avond van haar leven te krijgen. Zij zwermde uit over beide vijandelijke vleugels, en sprokkelde pionnetjes. Het leek wel een wedstrijd van de F-jes. Hans zorgde, zijn stelling zoveel mogelijk gesloten te houden, en richtte ondertussen zijn stukken op de vijandelijke koningsstelling. In een moeilijke stelling wist hij steeds de goede voortzetting te vinden, en scoorde verdiend.
Bas kwam een pion achter, maar leek door zijn torenverdubbeling op de 7e rij voldoende compensatie te krijgen. Tegenstander Meulblok speeelde scherp op matdreigingen, en verwaarloosde zijn defensie niet. Toen Bas een toren weggaf, was het over. Waarschijnlijk had een remise er bij goed spel wel ingezeten.
Sjaak moest de beslissing brengen. Met zwart spelend, kwam hij behoorlijk uit de opening, maar raakte gaandeweg in een moeilijke stelling. Ook was zijn tijdverbruik aanzienlijk. Acht zetten in drie minuten in een moeilijk eindspel is geen luxe. Sjaak doorstond uiterst koelbloedig deze fase, en toen begon tegenstander Hagenaars het meilijk te krijgen. Doordat Sjaak vrijwel foutloos doorschoof, begon begon hij foutjes te maken, en verknoeide zijn zo zorgvuldig opgebouwde iets betere stelling. Toen hij ook nog een toren aanraakte, en te laat beseft, dat met dit stuk eigenlijk geen goede zet mogelijk was, kon hij opgeven.
Met 3-1 huiswaarts dus. Zwarte Dame, bedankt voor de gastvrijheid. De balans is weer rechtgetrokken.