In de Spaanse partij, waarvan Stoel een kenner is, tegen Herman Jukkenekke, een liefhebber van open spel, zette hij de zwarte stelling van meet af aan onder druk. Jukkenekke ruilde zijn paard af tegen Stoel zijn sterke witte loper, maar de witte Dame die hiervoor in de plaats kwam, had een verlammend effect op de zwarte stelling. Jukkenekke probeerde van alles om zich aan de druk te onttrekken, maar Stoel doorgrondde alle dreigingen, en drukte uiteindelijk via het centrum door. In vliegende tijdnood haalde Jukkenekee net nog de 40 zetten binnen twee uur, maar moest enkele zetten later toch opgeven. John van Dalsen opende tegen Pang Yuen al snel verschillende lijnen en diagonalen. Met een torenbatterij op de A-lijn, en een Dame-Loper batterij op de vijandelijke koningsstelling gericht, liet hij de zwartspeler weing kansen. Een wereldkampioen uit de vorige eeuw, Steinitz, zei eens, dat de pion de ziel van het schaakspel is. Aat Brakel bracht deze wijsheid in praktijk. Hij zette de pionnenstelling van Jan Verduyn Den Boer vast, zodat deze hun eigen stukken in de weg stonden. Vervolgens begonnen de witte pionnen de zwarte stelling te ondermijnen. Daarna maakten de witte “hogere” stukken het karwei af. Een klassieke partij! Henny de Jonge en Dick Doeswijk, koplopers uit het begin van de competitie, kwamen elkaar weer tegen. Wie een vlammende strijd verwachtte, kwam bedrogen uit, Doeswijk, denkend aan zijn eigen aanval, liet zijn Dame instaan. Hij speelde nog even door, maar De Jonge liet het voordeel niet meer glippen. Aan de kop deden zich geen veranderingen voor, alleen Sjaak Spiegels verloor zijn partij. Alex de Nie, de laatste weken zeer sterk, was hem de baas en stoomde op naar de 6e plaats in de ranglijst.Alex verloor voor het laatst in de 15e ronde, van vd Veken. In de PZC en Ons Eiland staat abusievelijk, dat Spiegels won, het gevolg van een foutje in de uitslagen.