Spiegels beantwoordde de opening van regerend kampioen Aangeenbrug met een Indische opzet. De met wit spelende Aangeenbrug, groot kenner hiervan, kreeg een meerderheid in het centrum en voerde de druk langzaam maar zeker op. Het antwoord van Spiegels bestond uit diverse dreigingen, waardoor Aangeenbrug zeer alert moest spelen. De witspeler won een pion, en slaagde erin zijn beide torens op de zevende rij te krijgen. Insiders noemen dit wel “het gebed van een schaker”.
Spiegels bleef met scherp spel uiterste aandacht vragen, maar de vijandelijke torens waren zo sterk, dat de zwartspeler de vlag moest strijken.
Martin Krijger en Peter de Vrieze speelden een ongebruikelijke variant van het Spaans. Krijger offerde drie pionnen voor een koningsaanval. Toen de stelling open kwam leek Krijger te gaan winnen. In een allerlaatste poging speelde De Vrieze zijn laatste troef uit, en stuurde een paard op de vijandelijke koning af. Krijger dacht, dat dit niet zo’n vaart zou lopen, en overzag dat dit paard met een dubbelschaak op zijn koning en loper een stuk zou kosten. Met drie pionnen en een loper voor, incasseerde De Vrieze tevreden het punt in de laatste uurtjes. Leuk extraatje voor Peter:
Voor aanvang van deze ronde beloofde Kees Bimmel, namens een stichting waarvan hij voorzitter is, een prijs in natura voor iedereen, die tegen iemand van de top-drie scoort. Peter is de eerste die zo een prijs krijgt. Martin het eerste slachtoffer. Kees, je bent bedankt!
De strijd tussen Jan Verduyn den Boer in vorm en Paul Greefhorst uit vorm duurde slechts acht zetten. De enige teleurstelling voor de zegevierende nestor was te horen dat de prijs voor de kortste partij afgeschaft was. Mark van Rooten en Frans Jansen speelden een mooie spectaculaire partij. De stukken vlogen over en weer., Toen van Rooten in het eindspel dreigde te promoveren, zette Jansen zijn machtige zwarte loper midden op het bord, waarna de partij pot-remise was.
Fokko Baakman ontwikkelde zijn stukken via de flanken, waarop Marco Vieveen de ruimte kreeg met zijn pionnen naar voren te gaan. Later besefte hij dat niet altijd voordelig is. Achter zijn pionnen viel een groot gat, waar Baakman met zijn beter ontwikkelde stukken vol in dook. Het leverde Baakman direct al een paard op, en bekwaam schaakte hij door naar een verdiende winst.